Home > Blog > Je eerste moestuin? Zo begin je eraan.

Je eerste moestuin? Zo begin je eraan.

< Terug

Bereid je moestuin in februari of maart voor, zodra de bodem wat opgewarmd is, of maak hem in de herfst klaar. Zoek in je tuin de plek met de meeste zon - groenten hebben minstens 7 uur zonlicht per dag nodig. Blijf zo ver mogelijk weg van bomen, die gaan lopen met het water en voedsel van je groenten. Is je tuin erg nat, maak je moestuin dan in verhoogde bedden of in bakken. Leg je moestuin zo dicht mogelijk bij je huis, daar krijgt hij meer aandacht dan op een plek ver weg. Zorg voor een kraantje of regenton in de buurt: op droge dagen hebben je planten extra water nodig.

Start klein

De truc van succesvol groenten kweken, is klein beginnen. Start liever met een moestuin tussen een en 10 vierkante meter en breid later uit, dan een veel te grote moestuin aan te leggen en het na een seizoen op te geven. Voor een moestuin van een vierkante meter heb je genoeg aan een plantschopje en een handhark; ga je ruimer, investeer dan in een schoffel en een hark, een kruiwagen, een goede gieter (of tuinslang) en een spit- of woelvork. Daarmee maak je de grond van je moestuin los. Spitten hoeft niet, tenzij je op klei tuiniert, dan heb je nog een scherpe spade nodig om de grond te bewerken. Investeer meteen in tuinmateriaal van goede kwaliteit, dat werkt zoveel gemakkelijker.

Zand, leem of klei?

De ideale moestuingrond is zandleem: gemakkelijk te bewerken, maar compact genoeg om het water en de voedingsstoffen vast te houden. Kleigrond is erg vruchtbaar en houdt het water goed op, maar het is ook zware grond die in de lente traag opwarmt en in de zomer soms een harde korst wordt. Zand warmt snel op en is dus ideaal om vroeg in de lente te beginnen, maar het houdt het vocht en de voedingsstoffen dan weer slecht vast, waardoor je voor extra compost en, zeker in de zomer, voor extra water moet zorgen. Maar of je nu zand-, leem- of kleigrond hebt, elke moestuingrond heeft baat bij een jaarlijkse dosis compost. Tuinier je op zure grond (dat kun je zelf testen, met een eenvoudige bodemtest), dan heeft je moestuin ook nood aan extra kalk. Werk in de winter korrelkalk in.

Strak plan

Moestuinieren gaat het makkelijkst wanneer de bedjes duidelijk afgebakend zijn. De ideale breedte is 1,20 meter, zo kun je er zonder veel moeite aan beide zijden goed aan. Een praktische lengte is 3 meter per bed. Reken voor de paadjes tussen de bedden op 30 tot 40 centimeter breedte, en voor het hoofdpad op 50 tot 70 centimeter. Teken je moestuin uit op papier; idealiter heb je minstens zes bedden, dan kun je je groenten makkelijk elk jaar van plaats wisselen. Zo’n wisselteelt houdt de grond gezond. Ligt je moestuin op een open plek met veel wind, zet dan een haag aan de windzijde, bijvoorbeeld van frambozen. Laat de zuidkant van je moestuin altijd open: hoe meer zon, hoe beter je groenten groeien.

Meer weten over een moestuinplan maken? Lees het hier.

Laurence Machiels Groenjournaliste Laurence Machiels verzorgt sinds 2006 elke zaterdag de groenpagina van Het Laatste Nieuws. Daarnaast schrijft ze over planten en tuinen in tal van (tuin)tijdschriften in België en Nederland, en publiceert ze tuinboeken. Je eerste moestuin? Zo begin je eraan. 3/03/2018 moestuinplan